2.9.2019
Verjarings- en vervaltermijnen in het arbeidsovereenkomstenrecht (5): Onder de Wwz, ArbeidsRecht 2019/39
In dit tijdschrift is in de periode 2000 tot 2005 een viertal artikelen gepubliceerd over 'Verjarings- en vervaltermijnen in het arbeidsovereenkomstenrecht'. Het schema van de verjarings- en vervaltermijnen dat in de bovengenoemde artikelen is opgenomen is gedateerd als gevolg van de Wwz en overige wetswijzigingen. In dit artikel zal dit schema worden geactualiseerd. Voorafgaand aan het schema zal de relevante jurisprudentie van de hoven en de Hoge Raad over vervaltermijnen die met de inwerkingtreding van de Wwz zijn aangepast of geïntroduceerd worden besproken. In aanvulling hierop zullen twee recente uitspraken van kantonrechters naar aanleiding van de Kolom-beschikking worden besproken waar de vervaltermijn een belangrijke rol in speelt.
1. Jurisprudentie sinds 1 juli 2015 van de Gerechtshoven en de Hoge Raad
Uit de wetsgeschiedenis van de Wwz blijkt dat de vervaltermijnen van artikel 7:686a lid 4 BW zijn geïntroduceerd zodat partijen in het nieuwe systeem aanzienlijk sneller zouden weten waar ze aan toe zijn. In de eerste periode na de inwerkingtreding van de Wwz moesten enkele praktijkbeoefenaren wel nog wennen aan deze vervaltermijnen en de procedures van de Wwz.
1.1 Nieuwe procedures
Zo vorderde een op staande voet ontslagen werknemer eind 2015 in een kort gedingprocedure bij de kantonrechter te Amsterdam wedertewerkstelling en loondoorbetaling, waarbij in het lichaam van de dagvaarding de nietigheid van het ontslag op staande voet werd ingeroepen.
Verder lezen?
Download het hele artikel als PDF